Seksueel gedrag onder jongeren tot 25 jaar
Jongeren doen steeds later hun eerste seksuele ervaringen op. Met 18,7 jaar heeft de helft van de jongeren vaginale seks gehad. In 2017 was dat 18 jaar en in 2012 17 jaar. Dit blijkt uit het onderzoek 'Seks onder je 25e 2023'.
Vergeleken met 2012 had in 2017 een kleiner deel van de 13- tot en met 17-jarigen ervaring met vrijwel alle vormen van liefde en seks. Deze trend zet zich door in 2023.
In 2012 was 91 procent van de jongeren weleens verliefd geweest. In 2023 is dit percentage gedaald naar 75 procent bij jongens en 73 procent bij meisjes onder de 18 jaar. In 2012 had 76 procent van de jongens en 69 procent van de meisjes weleens verkering gehad. In 2023 is dit gedaald naar 53 procent bij zowel jongens als meisjes. Met vaginale seks heeft 26 procent van de jongens en 25 procent van de meisjes ervaring. Deze percentages zijn in 2023 gedaald naar respectievelijk 13 en 14 procent. Voor het eerst hebben meer meisjes dan jongens hier ervaring mee (Rutgers & Soa Aids Nederland, 2024).
Seksueel gedrag onder scholieren
In het HBSC-onderzoek uit 2021 zijn scholieren van 12 tot en met 16 jaar vragen gesteld over hun seksueel gedrag. 66 procent van de leerlingen in groep 8 van het basisonderwijs en 75 procent van de scholieren in het voortgezet onderwijs zegt wel eens verliefd te zijn geweest. Van de basisschoolleerlingen zegt 1,5 procent te vallen op iemand van hetzelfde geslacht. Onder leerlingen in het voortgezet onderwijs gaat het om 2,5 procent. Circa 10 procent van de jongens en meisjes op het voortgezet onderwijs zegt weleens seksuele gemeenschap te hebben gehad.
Tussen 2001 en 2021 blijkt sprake te zijn van een dalende trend in het aantal scholieren dat seksuele gemeenschap heeft gehad. In 2001 ging het om 16 procent van de scholieren. In 2021 is dit gedaald naar 10 procent.
In dit onderzoek zijn ook scholieren gevraagd naar hun opvattingen over homoseksualiteit. Gemiddeld heeft 57 procent van de jongeren op de basisschool en 59 procent van de jongeren in het voortgezet onderwijs een positieve houding ten opzichte van homoseksualiteit. Op de vraag of homoseksuele jongeren tot hun vriendengroep kunnen behoren antwoorden zij bevestigend. Daarbij zijn in zowel het basis- als voortgezet onderwijs meisjes veel positiever hierin dan jongens. Van de meisjes in het voortgezet onderwijs heeft ruim 78 procent een positieve houding ten opzichte van homoseksuele vrienden. Onder jongens gaat het om ruim 40 procent (Boer e.a., 2022).
In 2019 is het onderzoek 'Seks onder je 25e' ook uitgevoerd onder scholieren in cluster 3 en 4 van het speciaal voortgezet onderwijs. Hieruit blijkt dat deze jongeren minder ervaring hebben met zoenen en seks dan jongeren in het regulier onderwijs. Hoewel het merendeel van 88 procent van de jongens en 87 procent van de meisjes wel eens verliefd is geweest, hebben ze minder vaak getongzoend of seks gehad dan hun leeftijdsgenoten in het regulier onderwijs. Van de jongens heeft 32 procent ooit getongzoend en van de meisjes 36 procent. 9 procent van de jongens zegt ooit geslachtsgemeenschap te hebben gehad. Onder de meisjes gaat het om 16 procent (Rutgers & Soa Aids Nederland, 2019).
Seksueel grensoverschrijdend gedrag
In het onderzoek 'Seks onder je 25e' is ook gevraagd of jongeren van 13 tot en met 24 jaar ooit te maken hebben gehad met seksueel grensoverschrijdend gedrag. 66 procent van de meisjes en 29 procent van de jongens zegt in 2023 weleens slachtoffer geweest te zijn van een vorm van seksuele grensoverschrijding. Hierbij gaat het om alle vormen van seksueel grensoverschrijdend gedrag, zowel fysiek als verbaal. Ten opzichte van 2017 is dit aantal gestegen. Onder alle vormen van seksueel grensoverschrijdend gedrag is het percentage slachtoffers van fysiek seksueel grensoverschrijdend gedrag het hoogst. 4 procent van de jongens en 20 procent van de meisjes geeft aan weleens gedwongen te zijn tot seksuele handelingen. In 2017 was dat nog respectievelijk 2 procent en 12 procent. Ruim de helft van de meisjes (54 procent) en een op vier jongens (23 procent) heeft te maken gehad met fysieke seksuele grensoverschrijding: van ongewenste aanrakingen tot allerlei vormen van seks tegen de wil. In 2017 was dit respectievelijk 48 procent en 18 procent.
Ook de Prevalentiemonitor Huiselijk geweld en Seksueel grensoverschrijdend gedrag geeft inzicht in het aantal slachtoffers van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Door verschillen in vragen en onderzoeksgroep zijn de cijfers niet geheel te vergelijken met die uit het onderzoek 'Seks onder je 25e'.
In 2022 zegt 30 procent van de 16- tot 18-jarigen en 33 procent van de 18- tot 24-jarigen in de twaalf maanden voorafgaand aan het onderzoek slachtoffer te zijn geweest van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Vrouwen zijn hierbij vaker slachtoffer dan mannen. Van de jonge vrouwen van 16 tot 18 jaar is bijna de helft (46 procent) slachtoffer geweest, van de jonge vrouwen van 18 tot 24 jaar ruim de helft (52 procent). Bij jonge mannen gaat het om respectievelijk 2,8 procent en 14,5 procent (Akkermans e.a., 2022).
In dit onderzoek omvat seksueel overschrijdend gedrag alle vormen van seksuele intimidatie en fysiek seksueel geweld. Seksueel grensoverschrijdend gedrag kan binnen en buiten de huiselijke kring plaatsvinden, zowel offline als online. Het onderzoek vond plaats onder de bevolking van 16 jaar en ouder. Van alle leeftijdsgroepen komt seksueel grensoverschrijdend gedrag het meeste voor onder jongeren (16-24 jaar).
Definitie
Onder seksueel gedrag vallen alle vormen van seksueel contact, van knuffelen, zoenen tot geslachtsgemeenschap, alsook alle gedragingen die alleen worden verricht en kunnen leiden tot seksuele opwinding bij de persoon zelf of een ander. Over grensoverschrijdend seksueel gedrag wordt gesproken wanneer iemand die geen seks wil, toch wordt overgehaald, beïnvloed, gemanipuleerd of gedwongen om seks te hebben of lichamelijke seksuele handelingen uit te voeren. Er kan ook sprake zijn van grensoverschrijdende seksuele ervaringen zonder fysiek contact. Iemand wordt dan ongevraagd geconfronteerd met seksuele opmerkingen en/of seksuele bewegingen.
Meer informatie
Bronnen
- Akkermans, M., Derksen, E., Kloosterman, R. e.a. (2022). Prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Overschrijdend Gedrag 2022 (PHGSG). Den Haag: Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum en Centraal Bureau voor de Statistiek.
- Boer, M., van Dorsselaer, S., de Looze, M., de Roos, S. e.a. (2022). HBSC 2021. Gezondheid en welzijn van jongeren in Nederland. Utrecht: Universiteit Utrecht, Trimbos instituut, Sociaal en Cultureel Planbureau.
- De Graaf, H., Bultinck, M., van den Brink, F., Coehoorn, I. (2019). Seks onder je 25e vso. Seksuele gezondheid van jongeren in cluster 3 en 4 van het voortgezet speciaal onderwijs. Rutgers/Soa Aids Nederland.
- De Graaf, H. (red), Oldenhof, A., Kraan, Y., Beek, T., Kuipers, L., Vermey, K. (2024). Seks onder je 25e. Seksuele gezondheid van jongeren in Nederland anno 2023. Rutgers/Soa Aids Nederland.
Meer informatie over gebruikte onderzoeken:
-
De definitie van seksueel grensoverschrijdend gedrag
De definitie van seksueel grensoverschrijdend gedragVoor wieBeleidsmakersWat is seksueel grensoverschrijdend gedrag precies en welke factoren spelen hier een rol in?
-
Seksuele ontwikkeling van pubers
Seksuele ontwikkeling van pubersVoor wieProfessionalsKinderen vanaf 12 jaar gaan intieme relaties aan en worden seksueel steeds actiever. Ze hebben ruimte nodig om te experimenteren.
-
Seksuele ontwikkeling van kinderen in de basisschoolleeftijd
Seksuele ontwikkeling van kinderen in de basisschoolleeftijdVoor wieProfessionalsIn de basisschoolleeftijd worden kinderen nieuwsgierig naar relaties en hebben ze vragen over seks. Neem deze vragen serieus.
-
Praten over seksualiteit en gender als jeugdprofessional
Praten over seksualiteit en gender als jeugdprofessionalVoor wieProfessionalsKinderen en jongeren hebben recht op een veilige seksuele ontwikkeling en voorlichting. Wat kun jij als jeugdprofessional doen?