Kleuter | Motorische ontwikkeling | Kleine en grote bewegingen

Kleuters leren hun lijf steeds beter gebruiken. Hun bewegingen worden steeds preciezer. Ze leren ook grote bewegingen, zoals zwemmen en fietsen. Op deze pagina lees je hoe je kind zich ontwikkelt met bewegen. En hoe je je kind daarbij kunt helpen.

Leren bewegen

Kinderen leren nieuwe bewegingen meestal op bepaalde momenten in hun ontwikkeling. Maar ieder kind ontwikkelt zich in een eigen snelheid. Sommige kinderen leren snel. Anderen doen er langer over. Ook kunnen kinderen bewegingen sneller of langzamer leren dan toen ze baby of peuter waren.   

Dit heeft te maken met hoe een kind groeit. En ook met het karakter. Is een kind voorzichtig? Of durft het juist veel? Doet het graag veel zelf? Of wacht het liever af? Ook de omgeving waarin een kind opgroeit, is belangrijk. Als er genoeg ruimte is om het lichaam te gebruiken, kan een kind meer oefenen. Bijvoorbeeld door te klimmen en klauteren, rond te rennen en spelletjes in beweging te doen. Ook volwassenen spelen voor jonge kinderen een belangrijke rol bij het leren gebruiken van hun lijf. Dit doen ze door ze aan te moedigen, te helpen en dingen voor te doen.

Lees meer over de groei van je kind op deze leeftijd in de GroeiGids.

Fijne motoriek: kleine bewegingen

De bewegingen van kinderen worden steeds preciezer. Je kind oefent kleine bewegingen van handen en vingers. Dit heet de fijne motoriek. Ze oefenen op allerlei manieren, zoals: 

  • met bestek eten: snijden, prikken en opscheppen 
  • schrijven en knutselen, knippen, plakken, prikken en tekenen 
  • media gebruiken: zoals typen of de muis gebruiken

Twee handen of één hand gebruiken

Jonge kinderen maken vaak met twee handen tegelijk dezelfde beweging. Rond zes jaar leren kinderen steeds beter één hand gebruiken zonder dat de andere hand dezelfde beweging maakt. Hierdoor ontwikkelen ze tegelijkertijd ook de samenwerking tussen ogen en handen. Dit heet de hand-oogcoördinatie.

Bewegingen met twee handen tegelijk maken zijn makkelijker, en aparte bewegingen per hand gaan minder vanzelf. Je kind moet dan beter opletten. Door het maken van dit soort bewegingen, leren kinderen te kijken of het goed gaat wat ze aan het doen zijn. Bijvoorbeeld als ze een plaatje uit een stuk papier knippen.

Aankleden

Kleuters kunnen zich meestal al best goed aankleden. Ze kunnen hun kleren aantrekken en knopen losmaken en vastmaken. Soms gaat er nog iets mis. Kinderen trekken vaak hun trui binnenstebuiten aan. Of ze maken een knoop in een verkeerd knoopsgat vast. Dat is niet erg, want je kind leert nog. Kinderen vinden het juist leuk om dit samen met hun ouder te ontdekken. 

'Mijn zoon wilde heel graag zijn eigen kleren aandoen. Ik wist wel dat dit nog niet helemaal zou lukken. Toch liet ik het hem proberen. Na een paar minuten kwam hij zijn kamer uitlopen met zijn T-shirt binnenstebuiten en twee verschillende soorten sokken aan. Maar wat was hij trots!'

Veters strikken

Op deze leeftijd kunnen kinderen leren om hun veters te strikken. Maar meestal is dit nog moeilijk. Het gaat namelijk niet om één beweging, maar om een paar bewegingen na elkaar. Als je het voordoet, kan je kind het meestal niet meteen goed nadoen. Het helpt als je het een paar keer voordoet, en daarbij vertelt wat je doet. Herhaal dit een paar keer op dezelfde manier. Zo maak je het voorspelbaar voor je kind, en lukt het zelf proberen beter.

Grove motoriek: grote bewegingen

Als kinderen ouder worden, kunnen ze steeds grotere bewegingen maken. Vaak met hun hele lijf. Dit heet de grove motoriek. De meeste kleuters leren dingen zoals hinkelen, steppen, zwemmen, fietsen en kunstjes in de speeltuin.

Leren zwemmen

De meeste kinderen kunnen leren zwemmen als ze vier-en-een-half of vijf jaar zijn. Kinderen leren bij zwemles om controle te krijgen over hun bewegingen. Daarvoor moeten ze hun aandacht erbij kunnen houden. Ook moeten ze de bewegingen in een vaste volgorde kunnen herhalen.

Jongere kinderen kunnen de aanwijzingen tijdens de zwemles vaak nog niet goed genoeg begrijpen en uitvoeren. Als een kind deze dingen nog niet kan, is het daarom nog niet klaar voor zwemles. Ook is het belangrijk dat kinderen zich voldoende op hun gemak voelen bij water, voordat ze aan zwemles beginnen. 

Het verschilt per kind hoelang het duurt om het A-diploma te halen. Niet alle kinderen voelen zich even fijn in het water. Praat er met je kind over of het al op zwemles wil. Je kunt bijvoorbeeld samen kijken bij een zwembad. En je kunt ook een proefles nemen om te kijken of je kind klaar is voor zwemles.

Leren fietsen

De meeste kinderen leren op deze leeftijd fietsen zonder zijwieltjes. Sommige kinderen willen het heel graag leren, anderen vinden het nog te eng. Het is belangrijk dat je kijkt waar je kind zich fijn bij voelt. Je kunt je kind eerst laten oefenen met evenwicht houden. Bijvoorbeeld door samen op één been te gaan staan. Ook steppen helpt bij het leren fietsen. Op een step oefen je met evenwicht, snelheid en uitkijken in het verkeer. Als kinderen geleerd hebben om te fietsen, kunnen ze ongeveer vanaf zes jaar naast je fietsen als het verkeer niet te druk is.

Buiten spelen

Kinderen houden van buiten spelen. Het is ook goed voor hun groei en ontwikkeling. Buiten is meer ruimte om te bewegen en te ontdekken. Het is ook goed voor hun gezondheid. Voor het hele lijf, omdat ze bewegen. Maar ook voor de ogen, omdat ze buiten ver weg kunnen kijken. Ook kunnen kinderen buiten goed oefenen met omgaan met anderen en samen spelen.

Spelen en veiligheid

Kleuters vinden het soms leuk en spannend om buiten allerlei dingen uit te proberen, omdat bewegen steeds makkelijker gaat. Ze zijn vaak trots op wat ze durven en ze denken dat ze al heel veel kunnen. Maar ze weten nog niet goed wat gevaarlijk is. Zoals langs de rand van de sloot spelen. Of met de fiets van een zandberg racen.

Het is goed als kinderen de ruimte krijgen om buiten te ontdekken wat ze kunnen en durven. Zo groeit hun zelfvertrouwen, leren ze doorzetten en risico's inschatten. Het is ook niet erg als je kind een keer een bult of een schaafwond krijgt. Daar leren kinderen van. Tegelijk is het belangrijk om je kind te beschermen tegen risico's. Want kleuters weten vaak nog niet wat de gevolgen zijn van wat ze doen. Bijvoorbeeld dat ze ook weer naar beneden moeten als ze ergens omhoog klimmen. 

Duidelijk grenzen stellen

Ieder kind is hierin anders. Sommige kinderen spelen liever wat rustiger, zonder onbekende dingen te proberen. Het is allebei goed. Het gaat er vooral om dat je kind het fijn heeft. Probeer een goede balans te vinden tussen vrijheid geven en je kind beschermen. Dat doe je door duidelijk grenzen te stellen: 

  • Als je je kind wilt stimuleren om wat meer uit te proberen, oefen dan samen iets nieuws. Als je kind bijvoorbeeld niet alleen durft te skaten, kun je de eerste keren helpen door het aan de hand te nemen of ernaast te blijven lopen.
  • Kinderen hebben behoefte aan uitleg. Vertel wat wel en niet mag en kan, en waarom dat zo is. Zo help je je kind gevaar in te schatten. Zeg bijvoorbeeld tot hoe hoog je kind in een boom mag klimmen, omdat je niet wilt dat het zich pijn doet als het van te hoog eruit valt.

Kijk voor meer informatie over de veiligheid van je groeiende kind op Kinderveiligheid.nl.

Hoe kun je je kind helpen bij bewegen?

Fijne bewegingen en samenwerking tussen handen en ogen oefenen

Dat kan bijvoorbeeld door samen knutselen en kleuren, puzzels leggen, kralen rijgen, bordspelletjes of computerspelletjes doen.

Aankleden oefenen 

Laat je kind bij het aankleden elke keer een ander kledingstuk zelf aandoen.  

Meld je kind aan voor zwemles 

Je kunt bij verschillende zwembaden kijken. Er kunnen verschillen zijn. Zoals hoe groot de groep is of hoe de les wordt gegeven. Het ene zwembad kan beter passen bij je kind dan het andere. Soms is er zwemles via school. Als zwemles te duur is, vraag dan hulp bij de gemeente. 

Leren fietsen  

Het is belangrijk om rustig te beginnen en stap voor stap te oefenen. Als je kind fietsen spannend vindt, kun je het aanmoedigen. Maar dwing je kind niet. Een loopfiets of een step is een goede voorbereiding op fietsen. Om je kind te laten wennen, kun je het ook op een fiets laten zitten, terwijl je de fiets vasthoudt.  

Buiten spelen 

Je kunt je kind verschillende soorten spelletjes laten proberen, zoals verstoppertje en tikkertje. Met simpel speelgoed zoals een voetbal kun je al veel leuke dingen bedenken. Buiten spelen is voor veel kinderen het leukst om samen te doen met andere kinderen. Help je kind daarom contact te maken met kinderen uit de buurt. 

Meer ideeën over hoe je je kind kunt helpen om te bewegen vind je op Allesoversport.nl.

Heb je vragen over de lichamelijke ontwikkeling van je kind? 

Via de school van je kind kun je een afspraak maken met de jeugdarts. Dat kan ook als je denkt dat de ontwikkeling van je kind afwijkt of achterloopt en je kind hier last van heeft. De jeugdarts kan je doorverwijzen als dat nodig is. Bijvoorbeeld naar een kinderfysiotherapeut, ergotherapeut, kinderoefentherapeut, de huisarts of een specialist. Je kunt ook naar de huisarts gaan. 

Het kan ook fijn zijn om met andere ouders te praten als je je zorgen maakt. Je hoort dan hoe andere kinderen zich lichamelijk ontwikkelen.

  • Ince, D. & Kalthoff, H. (2020). Opgroeien en opvoeden. Normale uitdagingen voor kinderen, jongeren en hun ouders. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut. 
  • Labarque, V., Cardon, G., Van Cauwenberghe, E., & Smits, D. (2010). Actieve lessen bewegingsopvoeding zijn belangrijk voor kleuters. Tijdschrift voor Lichamelijke Opvoeding, 2009(226), 7-12. 
  • Hills, A. P., King, N. A., & Armstrong, T. P. (2007). The contribution of physical activity and sedentary behaviours to the growth and development of children and adolescents. Sports medicine, 37(6), 533-545. 
  • Netwerk Mediawijsheid (2023). Verdiepend onderzoek Iene Miene Media. Balans: bewegen met media. Iene-Miene-Media_Netwerk-Mediawijsheid.pdf (netwerkmediawijsheid.nl) 
  • Feldman, F. S., & Tompany, E. (2020). Ontwikkelingspsychologie (8ste editie). Pearson.

Zoek je als ouder of opvoeder hulp of advies? Bekijk hier waar je terecht kunt.

Hulp en advies voor ouders