Wet moet afstand tot arbeidsmarkt verkleinen

Jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt moeten betere ondersteuning krijgen van scholen, Doorstroompunten en gemeenten. Dat staat in de Wet van school naar duurzaam werk, die het kabinet op 9 december naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Het wetsvoorstel is gericht op jongeren tot 27 jaar met een diploma van het middelbaar beroepsonderwijs, het voorgezet speciaal onderwijs en het praktijkonderwijs, en op voortijdig schoolverlaters. Zij vinden niet altijd zelfstandig een baan of vervolgopleiding. Het wetsvoorstel bevat succesvolle elementen van de tijdelijke aanpak jeugdwerkloosheid.

Aanvullende loopbaanbegeleiding

Scholen krijgen de wettelijke verplichting om jongeren aanvullende loopbaanbegeleiding te bieden, ook nadat zij van school zijn. Ze moeten vastleggen hoe zij dat organiseren. Voor het organiseren van de begeleiding krijgen mbo-instellingen structureel 20 miljoen euro en scholen voor voorgezet speciaal en praktijkonderwijs 1,5 miljoen euro. De Doorstroompunten - voorheen de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC) - begeleiden nu jongeren tot 23 jaar zonder startkwalificatie naar school of werk. Die leeftijd gaat omhoog naar 27 jaar.

Scholen en Doorstroompunten kunnen gemeenten hulp vragen bij de match tussen jongere en werk en bij het combineren van leren met werken. Ook jongeren die geen werk hebben, kunnen ondersteuning krijgen van gemeenten. Daartoe wordt de Participatiewet aangepast.

Regionale samenwerking

Er komt ook jaarlijks 90 miljoen euro beschikbaar voor de regionale samenwerking tussen organisaties. Dat is 40 miljoen euro meer dan nu. Het gaat dan bijvoorbeeld om de hulp op school voor jongeren met psychische problemen, schulden of crimineel gedrag. Ook zijn er 'overstapcoaches' die jongeren helpen bij de overstap van het voortgezet speciaal onderwijs naar het mbo, en jobcoaches die helpen bij de overstap naar werk.

Meer informatie

Bericht ministerie van OCWWet van school naar duurzaam werk