Het aanpakken van mensenhandel en uitbuiting begint met het besef dat deze problemen in elke gemeente aanwezig kunnen zijn. Seksuele uitbuiting is vaak niet zichtbaar en speelt zich 'onder de radar' af. Het beperkt zich niet tot de Randstad of grote steden, zo blijkt uit onderzoek.
Kennis en bewustwording
Een betere aanpak van seksuele uitbuiting begint bij het beter signaleren van slachtoffers. Omdat seksuele uitbuiting relatief weinig voorkomt, staat de aanpak niet overal even duidelijk op het netvlies van professionals en beleidsmakers. Bovendien komen jongeren vaak in de hulpverlening terecht met andere problematiek.
Meer kennis en bewustwording van de problematiek is essentieel. Niet alleen bij professionals, maar ook in het onderwijs, bij wijkteams, bij de politie en bij gemeenten. Training en scholing op het gebied van signalering en gespreksvoering kunnen hieraan bijdragen. Meer aandacht voor de verschillende vormen van mensenhandel helpt ook. Daarnaast is het belangrijk om bestaande risicotaxatie-instrumenten te gebruiken en kennis over mensenhandel uit te breiden. De problematiek kan in elke gemeente voorkomen en beperkt zich niet tot de Randstad of grote en middelgrote steden. Zie ook Cijfers over slachtoffers.
Slachtoffers in beeld
Slachtoffers van seksuele uitbuiting worden nog onvoldoende gesignaleerd en doorverwezen naar de gespecialiseerde jeugdhulp. Uit de Slachtoffermonitor mensenhandel 2012-2016 van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel blijkt dat het aantal behandelde slachtoffers veel lager ligt dan het geschatte aantal slachtoffers. Namelijk 142 van de 1.363. Dit is slechts 10 procent.
In 2018 deed de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd onderzoek naar de kwaliteit van de gespecialiseerde jeugdhulp aan slachtoffers van seksuele uitbuiting. De inspectie noemde het belangrijk dat het bestaande hulpaanbod beter bekend raakt bij de gemeenten die jongeren naar de hulp verwijzen. Ook moeten gemeenten, VNG en VWS zorgen dat er een landelijk dekkend hulpaanbod voor deze slachtoffers komt, aldus de inspectie.
Beter signaleren
CoMensha deed in 2020 onderzoek naar hoe de signalering en registratie van slachtoffers van seksuele uitbuiting binnen de jeugdhulpverlening verbeterd kan worden. Hier kwamen de volgende aanbevelingen uit:
- Meer training en scholing van professionals op het gebied van signalering en gespreksvoering.
- Aandacht voor de verschillende vormen van uitbuiting. Dus niet alleen op het gebied van seksuele uitbuiting, maar ook criminele en financiële uitbuiting. Bekijk de pagina Tools op een rij voor praktisch advies bij het voorkomen, signaleren en melden van problemen met uitbuiting.
- Implementeer het thema seksuele uitbuiting in de werkwijze van de organisatie. Een aandachtsfunctionaris kan vragen van medewerkers beantwoorden en op die manier kennis verspreiden. Ook kan de aandachtsfunctionaris het contact onderhouden met externe ketenpartners.
- Maak duidelijke afspraken over melding en registratie bij CoMensha en gebruik van de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.
- Versterk de samenwerking tussen professionals. Denk aan politie en justitie, het jongerenwerk, behandelaren, de gemeente, de jeugdbescherming, de jeugdreclassering, de schuldhulpverlening en de leerplichtambtenaar. Elke regio heeft een lokale zorgcoördinator mensenhandel.
Lees ook
-
Rol gemeente bij aanpak seksuele uitbuiting
Rol gemeente bij aanpak seksuele uitbuitingVoor wieBeleidsmakersGemeenten spelen een belangrijke rol bij de integrale aanpak van seksuele uitbuiting. Hoe pak je deze problematiek aan?
-
Opvang en behandeling van slachtoffers
Opvang en behandeling van slachtoffersVoor wieProfessionalsBeleidsmakersSlachtoffers van seksuele uitbuiting worden opgevangen en krijgen behandelingen. Wat leveren die behandelingen op?
-
Aanpak door wijk- en gebiedsteams
Aanpak door wijk- en gebiedsteamsVoor wieProfessionalsBeleidsmakersMensenhandel beperkt zich niet alleen tot de Randstad. Alertheid is ten alle tijden belangrijk bij wijk- of gebiedsgerichte professionals. Lees hier meer informatie