Wetgeving rond schoolverzuim

Kinderen moeten naar school. Dat is zo geregeld in de Leerplichtwet. Maar we weten dat kinderen niet altijd naar school gaan. Soms zijn ze ziek of is er een onveilige situatie op school waardoor ze niet naar school willen. En soms spijbelen ze. Wie moet daar wat aan doen?

Wettelijke taken van school bij verzuim

Als een leerling niet aanwezig is, heeft de school als eerste een aantal wettelijke taken:

Het vaststellen en registreren van verzuim

Scholen moeten de afwezigheid van leerlingen registreren in een verzuimregistratiesysteem. Daarin staat wie er afwezig is, hoe lang en om welke reden, als die bekend is.

Het nemen van maatregelen bij kortdurend verzuim

Als een leerling korte tijd verzuimt, moet de school actie ondernemen. Scholen beslissen zelf hoe zij dat doen en moeten dit in de schoolgids opnemen. Dit kan bijvoorbeeld een gesprek met de leerling en de ouders zijn. Of het opstellen van een plan van aanpak inclusief straf. De school kan ook besluiten om de leerplichtambtenaar in te schakelen als het verzuim na maatregelen niet afneemt.

Het melden van verzuim bij langdurig verzuim

Als het verzuim lang duurt, moet de school dit melden bij de leerplichtambtenaar of de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Langdurig verzuim betekent dat een leerling meer dan zestien uur verzuimt binnen vier opeenvolgende lesweken, zonder geldige reden. Scholen melden dit bij het verzuimloket van DUO. Die deelt de gegevens direct met de leerplichtambtenaar.

De Onderwijsinspectie houdt toezicht op de registratie en de aan- en afmeldingen van verzuim op scholen. Meer informatie hierover vind je op de website van de Onderwijsinspectie.

De meeste scholen hebben regelmatig contact met de leerplichtambtenaar van hun gemeente. Ze bespreken met elkaar hoe ze preventief kunnen werken aan verzuim. Ook kunnen scholen hun zorgen bespreken over leerlingen voor wie nog geen officiële melding is gemaakt.

Verzuimloket van DUO

Middelbare scholen en mbo's kunnen in het Digitaal Verzuimloket van DUO de volgende soorten verzuim registreren:

  • Een leerplichtige leerling die meer dan zestien uur verzuimt binnen vier opeenvolgende lesweken. Via DUO wordt de leerplichtambtenaar geïnformeerd.
  • Verzuim 18+: een leerling tussen 18 en 23 jaar die verzuimt en niet in het bezit is van een startkwalificatie. Het gaat dan om verzuim van vier aaneengesloten weken. Deze melding wordt doorgegeven aan het Doorstroompunt (RMC) dat de jongere aan een trajectbegeleider kan koppelen.
  • Slim verzuim: een leerling is regelmatig ongeoorloofd afwezig, maar blijft onder de radar door een of twee uur wel aanwezig te zijn.
  • Luxe verzuim: een leerling gaat ongeoorloofd buiten de schoolvakanties om op vakantie.

Verzuim boven de 23 jaar wordt niet geregistreerd. De gemeenten zijn dan verantwoordelijk voor het naleven van de leerplichtwet door ouders en leerlingen.

Meer informatie over melden en soorten verzuim vind je op de website van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO).

De taken van de leerplichtambtenaar

De leerplichtambtenaar werkt voor de gemeente en controleert of ouders en leerlingen de leerplichtwet en kwalificatieplicht naleven. Taken zijn:

Ouders en leerlingen informeren en stimuleren

De leerplichtambtenaar spant zich in om een leerling weer naar school te krijgen. Dat doet die door te informeren, mee te denken over alternatieven als school niet lukt, of te straffen. De leerplichtambtenaar legt leerlingen en ouders uit waarom het belangrijk is om naar school te gaan. En geeft informatie over de gevolgen als leerlingen en ouders zich niet houden aan de Leerplichtwet, en handhaaft deze wet.

Achterliggende problemen onderzoeken

Om een leerling weer naar school te krijgen doet de leerplichtambtenaar onderzoek naar de reden waarom de leerling verzuimt. En zoekt samen met de leerling, de school en ouders naar een oplossing. Als er achterliggende problemen of zorgen zijn, verwijst de leerplichtambtenaar door naar hulpverlening. Bij blijvende zorgen kan de leerplichtambtenaar de Raad voor de Kinderbescherming verzoeken onderzoek te doen.

Meer informatie over de rol van de Kinderbescherming bij verzuim lees je op deze pagina.

Straffen opleggen

Ouders of jongeren kunnen 'verwijtbaar worden gehouden' voor de overtreding van de leerplichtwet als ze niets of niet genoeg doen om het verzuim te stoppen. In dat geval kan de leerplichtambtenaar een proces-verbaal opmaken. Een proces-verbaal tegen ouders is ook mogelijk als hun kind niet ingeschreven staat op een school.

Een proces-verbaal wordt doorgestuurd naar de officier van justitie. Die bepaalt welke consequenties gelden en of er aanvullende hulp wordt ingeschakeld. Jongeren kunnen bijvoorbeeld begeleiding krijgen van de jeugdreclassering of doorverwezen worden naar Halt. Dat is de organisatie die taakstraffen uitvoert die zijn opgelegd aan jongeren. In uitzonderlijke gevallen kan de rechter ouders een geldboete opleggen tot 3.700 euro of een gevangenisstraf van een maand.

Als jongeren van 16 of 17 jaar blijven spijbelen, kan de leerplichtambtenaar een signaal afgeven bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Die kan besluiten om de kinderbijslag stop te zetten. De leerplichtambtenaar kan dit signaal geven als alle pogingen om een jongere naar school te krijgen geen zin lijken te hebben.

Beoordelen van vrijstellingen

Ouders kunnen bij de leerplichtambtenaar een vrijstelling van onderwijs aanvragen. De leerplichtambtenaar beoordeelt de aanvraag en kent de vrijstelling wel of niet toe.

Meer informatie over wanneer een leerling kan worden vrijgesteld van de leerplicht vind je op de NJi-pagina Definities rond schoolverzuim en op de website van de Rijksoverheid.

Vincent Fafieanie