Jeugdcriminaliteit daalt, zelfmelding stijgt

Hoewel het beeld heerst dat verdachten van misdrijven steeds jonger worden en jongeren meer zware geweldsmisdrijven plegen, is de jeugdcriminaliteit de laatste twee decennia in Nederland juist sterk gedaald. Wel is het aantal jongeren dat zelf zegt een misdrijf te hebben gepleegd, tien keer zo hoog als het aantal dat door de politie is geregistreerd. Dat blijkt uit twee onderzoeken van het WODC.

Het WODC ondervroeg jongeren uit drie leeftijdsgroepen: 12-minners, minderjarigen en jongvolwassenen. Deze groepen verschillen in de typen delicten die zij het meest plegen. Zo hebben jongvolwassenen het hoogste wapenbezit en doen zij het vaakst aan drugsverkoop. Bij de 12-minners gaat het hoofdzakelijk om het slaan van een ander zonder verwonding, gevolgd door diefstal op school. Minderjarigen plegen het meeste vandalisme en cyber-delicten. Bij alle leeftijdsgroepen gaat het om lichte vergrijpen die meestal niet tot vervolging leiden.

Het aantal delicten dat jongeren zelf rapporteren, verschilt sterk van de officiële politie- en justitiegegevens. Zo is het percentage jongeren dat online delicten rapporteert relatief hoog, terwijl die in de registraties bijna niet voorkomen. Ook andere typen delicten rapporteren jongeren veel vaker dan blijkt uit politieregistraties. Enerzijds kan dat komen doordat relatief lichte delicten wel gerapporteerd zijn maar niet vervolgd worden. Anderzijds kan dat komen doordat slachtoffers er geen aangifte van doen.

Meer informatie

Bericht Wetenschappelijk Onderzoek- en DatacentrumMonitor Jeugdcriminaliteit 2000-2023Monitor zelfgerapporteerde Jeugddelinquentie 2023