Gendertwijfel neemt af met leeftijd

Ruim een op de tien jongeren heeft tijdens de vroege tienerjaren de wens van het andere geslacht te zijn. Naarmate ze ouder worden, verdwijnt deze wens vaak. Dat blijkt uit onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen.

Ruim 2.700 jongeren werden elke twee tot drie jaar gevraagd in hoeverre zij van het andere geslacht willen zijn. Op 11-jarige leeftijd is dit 11 procent. Dit percentage daalt vervolgens iedere keer dat het gevraagd wordt, op 13-, 16-, 19-, 22- en 25-jarige leeftijd. Op 25-jarige leeftijd zegt 4 procent de wens te hebben van het andere geslacht te zijn.

Weinig kinderen en jongeren hadden bij elke meting opnieuw twijfels. Slechts 0,1 procent zei iedere keer van het andere geslacht te willen zijn. De wens om van het andere geslacht te zijn, hangt vaak samen met psychische klachten en een lager zelfbeeld. Volgens de onderzoekers is het daarom belangrijk dat ouders of psychologen, als kinderen of jongeren zeggen dat ze van het andere geslacht willen zijn, kijken of er ook andere dingen spelen zoals psychische klachten.

De resultaten van het onderzoek laten volgens de onderzoekers zien dat vragen en twijfels over gender horen bij de puberteit en de ontwikkeling.

Bron:  Rijksuniversiteit Groningen; Springer Nature; NOS

Bericht Rijksuniversiteit GroningenPublicatie Development of Gender Non-Contentedness During Adolescence and Early AdulthoodBericht NOS

Wil je elke week een overzicht van ons nieuws voor en over het jeugdveld? Meld je aan voor onze gratis Nieuwsbrief Jeugd.