Negatieve groepsnorm
Omdat pesters vaak proberen sociale status te krijgen door hun pestgedrag, is de groep waarin pesten voorkomt heel belangrijk.
Als kinderen in een groep het pesten toestaan, normaal vinden of zelfs goedkeuren, is dit een belangrijke risicofactor voor pesten. Of pesten negatief wordt beoordeeld door anderen hangt af van de groepsnorm. Als pesten weinig voorkomt, worden pesters minder aardig gevonden door anderen in de groep. Maar als pesten veel voorkomt in de groep, worden pesters niet negatiever beoordeeld door anderen.
Steun van andere kinderen
Als de andere kinderen het pesten openlijk afkeuren en de gepeste steunen, ondervinden pesters minder voordeel aan hun pestgedrag. Ze krijgen dan immers minder macht, omdat de omstanders van het pesten partij kiezen voor de gepeste en het pesten afkeuren. Dit werkt vooral als kinderen die de pesters belangrijk vinden, zoals hun vrienden, het pesten afkeuren.
Voor kinderen die gepest worden is het ook heel belangrijk of andere kinderen hen helpen. Als iedereen toekijkt maar niets doet, staat een kind dat wordt gepest heel alleen. Als andere kinderen de gepeste verdedigen, helpen, of steunen, ondervinden kinderen minder negatieve gevolgen van het pesten.
Antipest-programma's
Veel schoolbrede antipest-programma's proberen een positieve groepsnorm te creëren en kinderen te stimuleren elkaar te helpen en te verdedigen. Hierbij is het belangrijk dat kinderen inzicht krijgen in pestsituaties, hun eigen rol in de interacties en de negatieve gevolgen. Ook moeten ze zich verantwoordelijk voelen voor elkaar en weten hoe zij elkaar kunnen steunen en helpen.
- Lees meer over het onderzoek van de Universiteit van Utrecht over gedrag, populariteit en vriendschappen van jongeren in hun klas.
Bronnen
Auteur: Dr. Neeltje van den Bedem, Universiteit Leiden, NWA startimpuls NeurolabNL
- Salmivalli, C. (1999). Participant role approach to school bullying: implications for interventions. Journal of Adolescence, 22, 453-459.
- Saarento, S., & Salmivalli, C. (2015). The role of classroom peer ecology and bystanders' responses in bullying. Child Development Perspectives, 9(4), 201-205.
- Sentse, M., Scholte, R., Salmivalli, C. & Voeten, M. (2007). Person-group dissimilarity in involvement in bullying and its relation with social status Journal of Abnormal Child Psychology, 35 (6), 1009-1019.
- Veenstra R, Lindenberg S, Munniksma A, Dijkstra JK. 2010. The complex relation between bullying, victimization, acceptance, and rejection: Giving special attention to status, affection, and sex differences. Child Development, 81, 480–486.
- Sainio, M., Veenstra, R., Huitsing, C., & Salmivalli, C. (2011). Victims and their defenders: a dyadic approach. International Journal of Behavioral Development, 35(2), 144-151.
Lees ook
-
Sociale cognitie
Sociale cognitieVoor wieProfessionalsIn sociale situaties verwerk je informatie om de intenties van anderen inschatten (sociale cognitie). Lees meer over de gevolgen van slechte sociale cognitie.
-
Emotionele competentie en empathie
Emotionele competentie en empathieVoor wieProfessionalsKinderen die onzeker zijn of moeite hebben hun emoties te reguleren, zijn vaker het doelwit van pesters.
-
Communicatieve vaardigheden
Communicatieve vaardighedenVoor wieProfessionalsKinderen die minder taalvaardig zijn hebben moeite met interacties & hebben daardoor moeite met sociaal taalgebruik. Lees meer over de rol hiervan bij pesten