Kindermishandeling door falsificatie (münchhausen-by-proxy)

Kindermishandeling door falsificatie wordt ook Münchhausen-by-proxysyndroom of Pediatric Condition Falsification genoemd. Kenmerkend voor deze vorm van kindermishandeling is dat de pleger bij een kind ziekteverschijnselen verzint of overdrijft, of het kind opzettelijk ziek maakt.

Wat is kindermishandeling door falsificatie?

Kindermishandeling door falsificatie is een zeer ernstige vorm van kindermishandeling die op basis van schattingen enkele tientallen tot maximaal enkele honderden keren per jaar voorkomt.

Kindermishandeling door falsificatie wordt gezien als een combinatie van lichamelijke mishandeling, emotionele mishandeling en verwaarlozing. Het kenmerkende van deze vorm van kindermishandeling is de intentie van de pleger om het kind ziek te maken en betrokken medisch professionals te misleiden. Er zijn voorbeelden bekend waarbij plegers kinderen een te hoge dosis medicatie gaven of gifstoffen toediende. De kinderen werden daar ernstig ziek van. Medisch professionals kunnen in zulke gevallen geen medische oorzaak vinden en daardoor geen passende behandeling bieden.

Naamgeving

Door de geschiedenis heen zijn er verschillende termen gebruikt om dit fenomeen te beschrijven en te duiden. Op dit moment is kindermishandeling door falsificatie de meest gangbare term. Het is ook wel bekend als het Münchausen-by-proxysyndroom of (Abuse by) Pediatric Condition Falsification. Volgens de American Professional Society on the Abuse of Children omvat de naam zowel de mishandeling van het kind als de psychische ziekte van de dader.

Herkennen

Het is ingewikkeld om kindermishandeling door falsificatie te herkennen en vast te stellen. Dat heeft onder andere te maken met:

  • het ogenschijnlijk zeldzame karakter van deze vorm van kindermishandeling.
  • de onzekerheid en twijfels bij professionals om vermoedens te bevestigen. Het is moeilijk voorstelbaar dat ouders dit hun kind aandoen. Tegelijkertijd kan er ook daadwerkelijk sprake zijn van een zeldzame ziekte.
  • het interpreteren van de zorgen die ouders hebben. Er is veel informatie beschikbaar, bijvoorbeeld online. Ouders kunnen zich daarmee ziektes inbeelden of het beeld onbedoeld verergeren. Er bestaat een kans op misdiagnose wanneer een ouder zich zorgen maakt of angstig is en regelmatig tot vaak medisch contact zoekt.

Lees verderop in deze tekst meer over het onderkennen van signalen.

Zorg voor steun aan ouders met vragen

Kindermishandeling door falsificatie is echt iets anders dan een ongeruste of angstige ouder die veel vragen heeft. Wanneer ouders zich niet gehoord of gesteund voelen, kan dit bijdragen aan de mate van stress die zij ervaren. Het evenwicht tussen draaglast en draagkracht kan dan uit balans raken. Het is voorstelbaar dat een ongeruste of angstige ouder die zich al lang niet geholpen voelt, steeds minder goed in staat is veiligheid te bieden aan het kind.

Wanneer een ouder zich zorgen maakt of ongerust is, is het belangrijk dat de ouder bij iemand terecht kan en zich gehoord en gesteund voelt. Steunfiguren uit het eigen netwerk en professionals zijn hierin belangrijk. Lees meer over hoe je steun kan bieden aan ouders met vragen.

Wat weten we van plegers?

De moeder van een kind is in de meeste gevallen de pleger, maar er zijn ook gevallen bekend waarbij anderen de pleger zijn, zoals een vader of een verpleegkundige. Plegers blijken vaak als kind zelf slachtoffer te zijn geweest van kindermishandeling. Plegers hebben vaak een somatoforme of nagebootste stoornis. Mensen met een somatoforme stoornis hebben wél lichamelijke klachten maar daarvoor wordt geen medische oorzaak gevonden. Mensen met een nagebootste stoornis verzinnen of veroorzaken klachten bij zichzelf. In beide gevallen is er bij plegers veel aandacht voor de lichamelijke klachten, en veel minder aandacht voor de onderliggende oorzaken of invloeden die een rol kunnen spelen bij het ziektebeeld.

Waarom maken plegers een kind opzettelijk ziek?

Waarom maken plegers een kind opzettelijk ziek of verzinnen zij ziekteverschijnselen? Hier lijken meerdere ideeën over te bestaan. We lichten er een aantal uit.

Mogelijk zijn plegers extreem bang hun kind te verliezen, waardoor ze symptomen en signalen overdrijven, in de hoop dat een arts verder zoekt naar een behandelbare ziekte. Een andere motivatie kan zijn dat plegers zoeken naar bevestiging van hun overtuiging dat het kind ziek is. Ook hebben plegers soms behoefte aan positieve en publieke aandacht, bijvoorbeeld medeleven vanuit hun omgeving met hoe moeilijk het is om een ernstig ziek kind te hebben. Soms kan een ziek kind plegers ook financiële of materiële voordelen opleveren.

Gevolgen voor het kind

De gevolgen voor kinderen die slachtoffer zijn van kindermishandeling door falsificatie zijn ingrijpend. Veel kinderen kampen met ernstige lichamelijke klachten omdat zij onnodige operaties of behandelingen ondergaan en last hebben van bijwerkingen en complicaties. Zij kunnen verminkt raken en zelfs overlijden.

Bovendien loopt hun psychosociale ontwikkeling vaak achter door het veelvuldige ziekenhuisbezoek, waardoor ook sprake is van veel schoolverzuim. Zij hebben bijvoorbeeld moeite om vriendschappen aan te gaan met leeftijdsgenoten en kunnen moeilijk loskomen van hun ouders. Veel kinderen zijn angstig, zijn veel bezig met hun vermeende ziekte en hebben het gevoel dat zij tekortschieten. Het regelmatige schoolverzuim kan leiden tot leerachterstanden. Veel van deze kinderen ontwikkelen posttraumatische stressverschijnselen door de medische onderzoeken en behandelingen.

Signalen onderkennen

Let op: onderstaande lijst is geen signaleringslijst. Het herkennen van kindermishandeling door falsificatie is lastig en er bestaat een kans op misdiagnose.

Het kan zijn dat bevindingen uit onderzoek en diagnostiek geen verklaring geven voor de lichamelijke of psychische toestand van een kind. Als daarbij ook een of meer van onderstaande bevindingen zich voordoen, kan dat artsen en andere betrokken professionals alert maken op kindermishandeling door falsificatie (münchausen-by-proxysyndroom):

  • De gerapporteerde signalen en symptomen zijn alleen gezien door de ouder of verzorger.
  • Het kind reageert onverklaarbaar slecht op de voorgeschreven medicijnen of behandeling.
  • De pleger rapporteert herhaaldelijk nieuwe symptomen en vraagt veelvuldig medicatie aan.
  • De pleger heeft veel kennis over ziekten.
  • Het lijkt de pleger niet zoveel te doen wanneer het kind ziek is, in elk geval minder dan je zou verwachten.
  • De historie van gebeurtenissen is medisch gezien zeer onwaarschijnlijk.
  • Ondanks een definitieve medische conclusie zoekt de pleger medisch advies bij deskundigen en blijft de getrokken conclusies aanvechten, waarbij het kind allerlei onderzoeken of behandelingen blijft ondergaan voor uiteenlopende klachten en symptomen.
  • Het kind heeft weinig normale dagactiviteiten, bijvoorbeeld veel schoolverzuim. Of juist meer dan verwacht, op basis van de aanwezige klachten of vastgestelde ziekte.
  • Familie of andere professionals geven aan dat ze zich zorgen maken over de situatie, zoals de vele doktersbezoeken.
  • Plegers hebben zelf een ongewone ziektegeschiedenis.

Tips voor gesprek met het kind

Als je als professional een vermoeden hebt van kindermishandeling door falsificatie, en je gaat in gesprek met het kind, kunnen deze tips je mogelijk helpen.

Samenwerking met diverse disciplines

Verder is het belangrijk samenwerking te zoeken met andere medische disciplines, zoals de vertrouwensarts van Veilig Thuis, de kinderarts of de forensisch arts. Gezamenlijk moeten zij komen tot een volledig overzicht van het medisch dossier van een kind, zodat het ziekteverloop en verwijspatronen zichtbaar worden.

Strafrechtelijk onderzoek

Wanneer bij bovenstaande activiteiten de vermoedens van kindermishandeling door falsificatie blijven bestaan of bevestigd worden, dan worden de politie, het Openbaar Ministerie en de Raad voor de Kinderbescherming betrokken om het kind te beschermen en een mogelijk strafrechtelijk traject tegen de pleger te starten. Het kind heeft een veilige plek nodig om te verblijven.

Behandeling

Alle betrokkenen in het gezin hebben behandeling nodig wanneer kindermishandeling door falsificatie is vastgesteld. In de eerste plaats het kind, dat moet begrijpen wat er gebeurd is en dat het niet een ziek, maar een gezond kind is. Dat geldt ook voor broers en zussen, die opeens een gezonde broer of zus hebben in plaats van een zieke. Daarnaast hebben zij ondersteuning nodig bij het plotselinge verlies van een ouder, met wie zij voor langere tijd geen contact meer kunnen hebben.

Ook de niet-plegende ouder heeft behandeling nodig. Dat is nodig om te kunnen begrijpen wat er gebeurd is en wat diens rol daarin was, en om opvoedingstaken weer op te kunnen pakken.

De pleger heeft behandeling nodig. De pleger moet zich bewust worden van wat diegene gedaan heeft en wat dat bij het kind teweeg heeft gebracht. Helaas is de prognose voor behandeling slecht als een pleger geen gevoelens van schuld en schaamte ervaart en weinig zelfreflecterend vermogen heeft. Ook bij plegers die doorgaan met het misleidende gedrag, hun gedrag ontkennen en niet kunnen toegeven heeft behandeling weinig effect.

  • Academie praten met kinderen (2017, 23 januari). In gesprek met een kind bij Kindermishandeling door Falsificatie (PCF/Münchausen by Proxy). Opgehaald van: In gesprek met een kind wanneer het slachtoffer is van PCF.
  • American Psychological Association (2013). Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, fifth edition (DSM-5).
  • APSAC (2017). Munchausen by Proxy: Clinical and Case Management Guidance. Columbus (Ohio): APSAC.
  • Bass, C. en Glaser, D. (2014). Early recognition and management of fabricated or induced illness in children. The Lancet, 383, 1412-1421.
  • Federatie Medisch Specialisten (2021). Kindermishandeling door Falsificatie. Opgehaald van: Kindermishandeling door Falsificatie - Richtlijn.
  • Landelijk Expertise Centrum Kindermishandeling (z.d.). Opgehaald van LECK.
  • Putte, E.M. van de, A.H. Teeuw. en N.J. Schoonenberg  (2013). Pediatric Condition Falsification (PCF),  in: Putte, E.M van de, I.M.A. Lukkassen, I.M.B. Russel, en A.H. Teeuw,  'Medisch handboek kindermishandeling'. Houten, Bohn Stafleu van Loghum.
  • Rand, D.C. & Feldman, M.D. (1999). Misdiagnosis of Munchausen syndrome by proxy: A literature review and four new cases. Harvard Review of Psychiatry, 7, 94-10.
  • Schreier, H. (2002). Munchausen by Proxy defined. Pediatrics, 110, 985-988.
Foto Mirella van den Burg

Mirella van den Burg, MSc

adviseur onderwijs en veiligheid