Steun van het gezin
Een ruime meerderheid van de jongeren ervaart veel steun van gezinsleden. Kinderen in groep 8 van de basisschool ervaren echter meer steun van hun gezin dan jongeren in het voortgezet onderwijs. Dit verschil is significant. Circa 80 procent van de basisschoolleerlingen en ruim 68 procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs krijgt van hun ouders de emotionele steun en hulp die ze nodig hebben. De overgrote meerderheid van de jongeren in zowel basis- als voortgezet onderwijs kan goed met hun ouders praten als ze ergens mee zitten. Jongeren lijken hun zorgen iets makkelijker te kunnen bespreken met hun moeder dan met hun vader. Zo zegt 91,8 procent van de basisschool kinderen goed met hun moeder te kunnen praten en 83,1 procent zegt dat met hun vader te kunnen doen. In het voortgezet onderwijs gaat het om respectievelijk 88,3 procent en 80,4 procent.
Als jongeren ergens mee zitten, lijken zij daarover iets minder makkelijk met hun broers en zussen te kunnen praten dan met hun ouders. In het basisonderwijs zegt 68,8 procent van de kinderen makkelijk te praten met hun broer of zus. In het voortgezet onderwijs gaat het om 73 procent.
Ten opzichte van 2017 is er vooral onder leerlingen in het voortgezet onderwijs een significante daling in het percentage jongeren dat veel steun ervaart van gezinsleden. In 2017 zei bijna 76 procent veel steun te ervaren. In 2021 is dit percentage gedaald naar 68 procent.
Dit blijkt uit het HBSC-onderzoek (2021) onder scholieren waarin aan de hand van een aantal stellingen jongeren gevraagd zijn naar relaties met het gezin en met leeftijdsgenoten. Op alle stellingen reageert een overgrote meerderheid van de leerlingen in zowel het basis- als voortgezet onderwijs positief. Leerlingen in het basisonderwijs zijn echter positiever dan leerlingen in het voortgezet onderwijs (Boer e.a., 2022).
Steun van vrienden
Jongeren lijken iets minder steun te ervaren van hun vrienden dan van hun gezin. Ongeveer 66 procent van de kinderen in groep 8 geeft aan over het algemeen veel steun van hun vrienden te ontvangen, terwijl dit percentage bij het gezin circa 80 procent bedraagt. Middelbare scholieren ervaren minder steun van vrienden dan basisschoolleerlingen. In het voortgezet onderwijs zegt ruim 57 procent van de leerlingen veel steun van vrienden te ervaren. Er is in zowel het basis- als voortgezet onderwijs een significant verschil tussen jongens en meisjes in ervaren steun van vrienden. Meisjes ervaren meer steun van vrienden dan jongens.
De meeste jongeren in zowel het basis- als voortgezet onderwijs kunnen met hun beste vriend goed over dingen praten waar ze zich zorgen over maken. Voor leerlingen in het basisonderwijs geldt dit iets minder dan voor leerlingen in het voortgezet: respectievelijk 82,6 procent en 88,9 procent (Boer e.a. 2022).
Relatie met leraren en klasgenoten
Bijna 90 procent van de basisschoolleerlingen uit groep 8 is positief over de relatie met leraren. In het voortgezet onderwijs is dit percentage een stuk lager: ruim 62 procent van deze leerlingen beoordeelt de relatie met leraren als goed. In het voortgezet onderwijs is er een significant verschil tussen jongens en meisjes in de beoordeling van de relatie met leraren. Meisjes zijn hierover minder positief. Zo zegt 65,8 procent van de jongens een goede relatie te hebben met leraren. Bij meisjes gaat het om 56,8 procent.
Over de relatie met klasgenoten is de overgrote meerderheid van zowel basisschoolleerlingen als middelbare school leerlingen positief. In het basisonderwijs zegt 85,4 procent dat de sfeer onder klasgenoten goed is. Van de middelbare scholieren zegt 79,5 procent dit. In zowel basis- als voortgezet onderwijs zijn meisjes minder positief over de relatie met klasgenoten dan jongens (Boer e.a., 2022).
Definitie
Sociale steun van familieleden, vrienden, leerkrachten en andere volwassenen is van belang voor het welbevinden en de gezondheid van kinderen en jongeren. Kinderen met ondersteunende netwerken bij wie ze terecht kunnen voor emotionele steun, hulp en advies zijn veerkrachtiger, beter bestand tegen stresserende omstandigheden en hebben meer kans op te groeien tot gezonde volwassenen.
Bronnen
- Boer, M., van Dorsselaer, S., de Looze, M., de Roos, S. e.a. (2022). HBSC 2021. Gezondheid en welzijn van jongeren in Nederland. Utrecht: Universiteit Utrecht, Trimbos instituut, Sociaal en Cultureel Planbureau.
- Top tien positieve ontwikkeling jeugd
Meer informatie over gebruikt onderzoek: