Deze problemen zijn in het classificatiesysteem CAP-J onderdeel van:
- As D: Gezin en opvoeding
- D500: Problemen van ouder
Kenmerken
Bij deze problematiek is bij de ouder sprake van een patroon van negativistisch, opstandig en vijandig gedrag tegenover autoriteitsfiguren of van gedrag waarbij de grondrechten van anderen en belangrijke sociale normen of regels worden overtreden. Het aantal symptomen en/of de duur voldoet niet aan de criteria van de antisociale persoonlijkheidsstoornis. Er is sprake van een beperking in het functioneren van de ouder en/of van lijdensdruk. Er is echter (nog) geen sprake van een significante beperking in functioneren.
Subtypes en/of specificaties
Opstandig gedrag
Hieronder valt bijvoorbeeld driftig gedrag, opstandig gedrag en het weigeren om zich te voegen naar de regels van anderen.
Antisociaal gedrag
Bij antisociaal gedrag is er sprake van probleemgedrag dat ernstiger is dan bij opstandig gedrag. Dit kan zich bijvoorbeeld uiten in:
- diefstal
- liegen
- gedrag dat leidt tot verwijdering van werk en/of (sport)club
- ongevoeligheid voor correcties door anderen
- het niet vertonen van spijt en/of goedmaakgedrag
- narcisme (opgeblazen gevoel van eigenwaarde, geen empathie)
- een antisociale levensstijl
- seksueel grensoverschrijdend gedrag
- het plegen van een delict wat leidt tot een veroordeling/gevangenisstraf.
Zowel bij opstandig gedrag als bij antisociaal gedrag kan het gaan om een gedragsprobleem zonder of met enige mate van agressie. Wanneer er sprake is van enige mate van agressie is onderscheid te maken in:
- fysiek agressief gedrag
- verbaal agressief gedrag
- relationeel agressief gedrag (stoken, onjuiste geruchten verspreiden).
Daarnaast kan het gaan om proactief agressief gedrag (gecontroleerd agressief gedrag dat wordt gebruikt om een doel te bereiken) of om reactief agressief gedrag (een vijandige boze reactie op een waargenomen frustratie).
Culturele, leeftijds- en seksespecifieke kenmerken en verloop
Opstandig, agressief gedrag komt bij iedereen wel eens voor. Bij een toename van het aantal symptomen, bij een langere duur, wanneer symptomen voorkomen op meerdere levensgebieden en wanneer de problemen leiden tot disfunctioneren, is sprake van een ontwikkeling in de richting van een antisociale persoonlijkheidsstoornis (beschreven in de DSM 5).
- D102: Problemen met ondersteuning, verzorging en bescherming kinderen
- D301: Jeugdige slachtoffer verwaarlozing
- D302: Jeugdige slachtoffer mishandeling
- D507: Gebruik van middelen/verslaving ouder
- D510: Psychische/psychiatrische problematiek ouder
- D803: Problemen met hulpverleners of (vertegenwoordigers) van instanties