Waar kom ik terecht als ik uit huis word geplaatst?
Als je niet meer thuis kunt wonen, verhuis je soms naar een pleeggezin. Dit kan tijdelijk zijn, maar kan ook langer duren. Je gaat terug naar huis als je ouders weer goed voor je kunnen zorgen. Wat kun je verwachten als je naar een pleeggezin gaat?
Hoe kom ik in een pleeggezin terecht?
Bij een uithuisplaatsing wordt eerst gekeken of je bij iemand kunt wonen die je kent. De bekenden bij wie je voor korte of langere tijd woont, noemen we netwerkpleegouders. Voorbeelden van netwerkpleegouders zijn:
- Iemand uit de familie, bijvoorbeeld opa, oma, tante, oom, nicht of neef.
- Een vriend of vriendin van je ouders.
- Een leraar van school.
- Iemand van de sportclub.
- Ouders van jouw vriend of vriendin.
- Iemand uit de buurt, zoals buren of iemand van de kerk of moskee.
Kennismaken met het pleeggezin
Als het niet lukt om iemand te vinden die je al kent, zoekt een pleegzorgorganisatie naar een pleeggezin dat bij jou past. De mening van jou en je ouders is hierin belangrijk. Hier wordt zoveel mogelijk rekening mee gehouden, maar dat lukt niet altijd. Misschien zijn er in jouw omgeving geen pleegouders te vinden. Dan moet je naar een ander dorp of andere stad verhuizen. De kans bestaat dat je ook naar een andere school moet. Dat zijn veel veranderingen tegelijk. Het is fijn om afspraken te maken om vrienden en vriendinnen nog te blijven zien. En misschien lukt het wel om op dezelfde sport te blijven.
Meestal start je met een kennismaking met het pleeggezin. Behalve als je thuis snel weg moet. Dan heet het een crisisplaatsing. Dan leer je het pleeggezin pas kennen als je daar woont. Bij de kennismaking kun je de pleegouders van alles vragen en vertellen als je dat wil. Ook leer je dan de andere kinderen van het gezin kennen, als die er zijn. Vaak is er ook een pleegzorgbegeleider die jou en je pleegouders helpen om aan elkaar te wennen. Bij de pleegzorgbegeleider kun je ook terecht met vragen en zorgen.
Verhuizen naar een pleeggezin
Bij de verhuizing naar het pleeggezin neem je je eigen spullen mee. Denk bijvoorbeeld aan:
- Foto's van je ouders, broers, zussen, vrienden of je huisdier
- Kleren
- Een knuffel
- Een fiets
- Andere voor jou belangrijke dingen uit je eigen slaapkamer
Meestal neem je geen bed of kast mee. Die hebben de pleegouders wel. Verhuizen naar een pleeggezin is een grote stap. Je gaat weg uit je eigen omgeving en het is normaal dat je je eigen gezin en vrienden zult missen. Ook heeft het pleeggezin misschien andere regels en gewoonten dan jij gewend bent. Dat is wennen. Het is niet gek als je na de verhuizing boos of verdrietig bent, of dingen niet snapt. Praat erover met vrienden, jouw pleegouders of pleegzorgbegeleider en vertel hoe je je voelt. Dat lucht op. En misschien hebben ze tips die helpen.
Contact met je ouders en andere mensen
Met jouw pleegzorgbegeleider, ouders en pleegouders maak je afspraken over hoe vaak en waar je je ouders gaat zien. Het kan ook zijn dat de kinderrechter dat bepaalt. Je kunt met de hulpverleners, je ouders en je pleegouders ook afspreken of je naar een sportclub gaat. En hoe je jouw vrienden of opa en oma kunt blijven zien.
Waar kan ik terecht met vragen?
Heb je vragen over het wonen in een pleeggezin? Stel ze aan jouw pleegzorgbegeleider. Voor jongeren met ervaring in pleegzorg bestaat het netwerk JongWijs. Daar helpen en ontmoeten jongeren elkaar en organiseren ze events om pleegzorg te verbeteren.
Lees ook
-
Waarover mag ik meebeslissen in het pleeggezin?
Waarover mag ik meebeslissen in het pleeggezin?Voor wieJongerenAndere mensen beslissen of jij in een pleeggezin gaat wonen. Zij vinden dat beter voor jou. Waar heb jij iets over te zeggen?
-
Wie ben ik als pleegkind?
Wie ben ik als pleegkind?Voor wieJongerenHet kan voor jou als pleegkind in een pleeggezin lastig zijn om je vast te houden aan je eigen identiteit. Hoe ga je hiermee om?
Hulp of advies nodig?
Zoek je als jongere hulp of advies? Bekijk hier waar je terecht kunt.