Cijfers over depressie

Laatste actualisatie
Voor wie
Professionals
Beleidsmakers

Aantal kinderen en jongeren met een depressie

In 2022 zegt ruim 6 procent van de jongeren van 12 tot 18 jaar dat ze in het afgelopen jaar minstens zes maanden een depressie hebben gehad. Ten opzichte van 2021 is er sprake van een daling. Toen ging het om bijna 7 procent van de jongeren.

Onder jongeren van 16 tot 20 jaar komt depressie met ruim 12 procent het meeste voor; dat was in 2021 nog 10 procent. Van de jongeren van 12 tot 16 jaar heeft 5 procent naar eigen zeggen in het afgelopen jaar minstens zes maanden een depressie gehad; in 2021 was dat 5,6 procent.

Deze gegevens komen uit de Gezondheidsenquête (CBS, 2022). Het gaat bij deze cijfers om zelfgerapporteerde gevoelens van depressie en niet om gediagnosticeerde depressie.

Over kinderen met een gediagnosticeerde depressieve stoornis zijn geen Nederlandse cijfers bekend. Op grond van buitenlands onderzoek wordt geschat dat bij circa 1 procent van kinderen onder de 5 jaar, 1,8 procent van kinderen van 6 tot 12 jaar en tussen 0,4 en 8,3 procent (afhankelijk van criteria en onderzoeksmethode) van kinderen boven de 12 jaar sprake is van een depressieve stoornis (Trimbos-instituut, 2009).

Definitie

Depressie is een stemmingsstoornis. Kenmerkend voor een depressieve stoornis is rusteloosheid, somberheid, een verminderd gevoel van eigenwaarde en concentratieproblemen. Iemand die depressief is, beleeft nergens meer plezier aan en heeft weinig energie om iets te ondernemen. Bij kinderen en jongeren wordt een depressie vaak niet herkend omdat zij doorgaans niet het typische gedrag van depressieve volwassenen laten zien. Kinderen met een depressie zijn vaak prikkelbaar en ze hebben geen lol meer in activiteiten die ze eerder wel leuk vonden.

Bij kinderen en jongeren gaat een depressie vaak gepaard met leer- en gedragsproblemen. Daarnaast kunnen kinderen met een depressie klachten hebben die ook voorkomen bij depressieve volwassenen: slaapproblemen, vermoeidheid, boosheid en prikkelbaarheid, verminderde of juist vermeerderde eetlust, angst- en concentratieproblemen, lichamelijke klachten zoals buikpijn of hoofdpijn, en ook stemmingswisselingen. Deze kinderen hebben vaak een negatief zelfbeeld en denken soms: 'Was ik maar dood'. Om van een depressieve stoornis te kunnen spreken, moeten verschillende van deze symptomen gedurende minstens twee weken voorkomen.

Meer informatie over gebruikt onderzoek:

Lees ook

Deniz Ince

Drs. Deniz Ince

medewerker inhoud