Kansenongelijkheid in onderwijs blijft hoog

Het Nederlands onderwijs is gemiddeld op niveau, maar de kansenongelijkheid onder jongeren blijft hoog. Dat blijkt uit De Staat van het Onderwijs 2019.

Volgens de Inspectie van het Onderwijs is de kansenongelijkheid onder jongeren in het onderwijs niet toegenomen, maar wel nog hoog. De afgelopen jaren heeft het speciaal voortgezet onderwijs gewerkt aan betere uitstroommogelijkheden voor leerlingen, maar veel schoolverlaters lukt het niet om verder te studeren of werk of dagbesteding te vinden.

Volgens de inspectie blijft, net als in voorgaande jaren, extra aandacht nodig voor ongelijke kansen, afnemende leerprestaties en segregatie. De inspectie roept daarom op tot meer focus en een gerichte gezamenlijke aanpak met gezamenlijke doelen en ijkpunten voor wat jongeren nodig hebben. Zoals een geschikte plek in de arbeidsmarkt en een goede voorbereiding op deelname aan de samenleving.

Vincent Fafieanie, medewerker bij het Nederlands Jeugdinstituut, onderschrijft het belang van een gezamenlijke aanpak voor leerlingen in een kwetsbare positie. 'De aanpak moet zich niet alleen focussen op het onderwijs, maar ook op persoonlijke steun en advies om te voorkomen dat zij voortijdig afhaken. Werk met een toekomstplan en bied gelijktijdig ondersteuning op meerdere leefgebieden. Zorg dat ze bij uitval uit school of werk niet uit het oog raken. Help ze de draad weer op te pakken richting onderwijs, dagbesteding of een baan.'

Bron: Inspectie van het Onderwijs; Nederlands Jeugdinstituut