Jongeren die zonder startkwalificatie het mbo verlieten, hebben tien jaar later minder vaak betaald werk. Als zij wel werk hebben, is dit vaker in een flexibel dienstverband. Dat blijkt uit onderzoek van het CBS.
In 2008 verlieten ruim 87.000 jongeren onder de 23 jaar het mbo. Bijna vier op de tien hadden geen startkwalificatie. Dat is een diploma van mbo niveau 2 of hoger, of een havo- of vwo-diploma. Tien jaar later had 70 procent van deze mensen zonder startkwalificatie een baan.
Van de oud-studenten die in 2008 wél met een startkwalificatie van het mbo waren gegaan, had 91 procent in 2018 betaald werk. Ook was dat werk vaker in vast dienstverband (56 procent) dan bij mensen zonder startkwalificatie (40 procent).
Mannen verlieten het mbo vaker zonder startkwalificatie dan vrouwen. Ook keerden vrouwen binnen tien jaar iets vaker (45 procent) terug in onderwijs dan mannen (42 procent). Daarbij behaalden ze ook vaker (30 procent) dan mannen (23 procent) alsnog een startkwalificatie.
Bron: CBS