Quickscan Interventie met Potentie

De quickscan is een eenvoudige checklist voor ontwikkelaars van interventies die hun aanbod graag kritisch willen bekijken en zich afvragen of de interventie klaar is voor deelname aan het erkenningstraject.

Hulpmiddel

De quickscan is enkel bedoeld als hulpmiddel. Het staat instellingen en ontwikkelaars altijd vrij om hun interventie aan te melden bij de databank, ook als zij de quickscan niet hebben gebruikt.

Minimale aanmeldingscriteria zijn te vinden bij de erkenningsprocedure. De beslissing of een interventie inderdaad in aanmerking komt voor deelname aan het erkenningstraject wordt genomen door het Nederlands Jeugdinstituut.

Dertien vragen

Aan de hand van dertien vragen wordt duidelijk of de interventie klaar is voor deelname aan het erkenningstraject.

Wanneer geschikt?

Aan de hand van onderstaande vragen kun je nagaan in hoeverre de interventie in voldoende mate is ontwikkeld.

Hoe meer vragen met 'Ja' beantwoord kunnen worden, hoe beter.

Checklist

Afgebakende doelgroep
1.

De interventie richt zich op kinderen en jongeren van -9 maanden tot 24 jaar, hun opvoeders of hun opvoedingsomgeving.

2.

Het aanbod is gericht op een doelgroep met specifieke risico's, ondersteunings- of hulpvragen en/of specifieke problemen.

3.

Het aanbod is afgestemd op een afgebakende leeftijdsgroep.

Specifieke doelen
4.

Het einddoel is gericht op het bevorderen van de psychische, sociale, cognitieve of lichamelijke ontwikkeling van kinderen en jongeren of het versterken van de opvoeding of opvoedingsomgeving.

5.

De doelen zijn afgestemd op specifieke risico's, problematiek of op specifieke leefgebieden en/of ontwikkelingstaken.

Systematische aanpak
6.

Er is een Nederlandse handleiding waarin op handelingsniveau is uitgewerkt wat de uitvoerders moeten doen. Werkvormen, activiteiten, technieken en middelen zijn beschreven.

7.

De aanpak is afgebakend in tijd.

8.

Er is helderheid over de frequentie en de duur van de contacten met kinderen en/of ouders.

9.

Er is een duidelijk verband tussen de aanpak en de doelen waaraan gewerkt wordt.

10.

De uitvoerders van de interventie bewaken de kwaliteit van de uitvoering, bijvoorbeeld door middel van opleiding en supervisie.

Onderzoek en doorontwikkeling

11.

Er is zicht op het bereik van de interventie.

12.

Er is onderzoek naar de uitvoering van de interventie waarbij minimaal aandacht moet zijn voor een van de volgende aspecten:

  • inzicht in de mate waarin activiteiten zijn uitgevoerd volgens plan
  • succes- en faalfactoren volgens uitvoerders en doelgroep
  • waardering en ervaring van uitvoerders en doelgroep  
13.

De eigenaar of instelling is bereid om, waar nodig, het aanbod verder te ontwikkelen.

 

Iris Dikhoff