Als kinderen, jongeren en gezinnen hulp vragen, is het belangrijk dat die hulp van zo hoog mogelijke kwaliteit is. Landelijk hebben werkgevers, beroepsverenigingen, cliëntorganisaties, de rijksoverheid en gemeenten in de Hervormingsagenda afgesproken wat zij verstaan onder goede kwaliteit van jeugdhulp. Ze hebben ook besproken hoe de kwaliteit en effectiviteit van jeugdhulp kan worden verbeterd.
Vier leidende principes
De samenwerkingspartners binnen de Hervormingsagenda hanteren vier leidende principes:
- Verbinding aangaan: de jeugdprofessional zet in op de samenwerkingsrelatie met kinderen, jongeren en ouders. Dit wordt ook wel alliantie of 'klik' genoemd.
- Samen beslissen: jeugdprofessionals beslissen in samenspraak met kinderen, jongeren en ouders welke ondersteuning of hulp moet worden ingezet.
- Doen wat werkt: de professional maakt gebruik van kennis over wat werkt, zoals effectieve interventies en richtlijnen.
- Samen leren: door te evalueren of het ook echt werkt, leren professionals samen met kinderen, jongeren en ouders wat werkt voor wie en wanneer.
Kwaliteit is niet alleen iets van professionals, maar ook van de organisatie waar zij werken en van de gemeente en het Rijk, die jeugdzorg financieren. De interactie tussen deze niveaus is van belang. Op alle niveaus en daartussen gelden de leidende principes van kwaliteit. Zo dragen alle betrokken partijen bij aan de maatschappelijke opgaven die ze collectief hebben vastgesteld.
Vanuit verbinding creëren samenwerkingspartners samen een aanpak waarvan aannemelijk is dat die gaat leiden tot de vastgestelde doelen. Op basis van cijfers en verhalen reflecteren ze vervolgens op het doel en de aanpak, stellen ze bij waar nodig, en leren ze.
Hieronder worden de vier leidende principes verder uitgewerkt.
Verbinding aangaan
Kwaliteit in het werken met kinderen, jongeren en gezinnen begint met verbinding en vertrouwen. Ook als je als gemeente en voorzieningen wilt samenwerken, heb je vertrouwen nodig, in elkaars expertise en in de bijdrage die jij en je samenwerkingspartners leveren aan het gezamenlijke doel. Daar past bij dat jullie een duidelijke visie hebben en je met focus richten op een beter resultaat voor kinderen, jongeren en ouders.
De leiderschapsstijl die daarbij hoort, heet 'transformationeel leiderschap'. Je maakt daarbij de omslag van sturen op kosten naar sturen op maatschappelijke resultaten. Stel jezelf de vraag: hoe gaat het met de kinderen en jongeren in mijn gemeente en waar willen we over vier jaar staan?
Prioriteer thema's op basis van een inhoudelijke onderbouwing. Zet vervolgens gezamenlijk een proces van leren en verbeteren in gang. Spreek als partners over de uitkomsten van jullie inspanningen en houd samen de focus op het gezamenlijke maatschappelijke resultaat. Het aangaan van allianties en het creëren van een sterk commitment zijn dus ook onderdeel van transformationeel leiderschap.
Meer informatie vind je in de publicatie Leiding geven aan transformatie en op de pagina Succesvol samenwerken aan een maatschappelijke opgave jeugd.
Samen beslissen
Bij dit leidende principe kun je jezelf en je samenwerkingspartners de volgende vragen stellen: Hoe zorgen we voor een aanbod dat aansluit bij de behoeften van de kinderen, jongeren en ouders in mijn gemeente? En hoe maken we het beste gebruik van onze schaarse middelen? Hoe verhoudt de investering in een interventie zich tot het maatschappelijk rendement? En hoe werken we bij het maken van die afwegingen samen met jongeren, ouders en voorzieningen?
Meer informatie vind je op de pagina's Hoe organiseer ik een passend hulpaanbod? en Tips om aan de slag te gaan met ervaringskennis.
Doen wat werkt
In het jeugdveld wordt veel onderzoek gedaan en vindt veel innovatie plaats. De kennis die dat oplevert, wordt nog onvoldoende toegepast. Als gemeente en jeugdhulpaanbieder kun je sturen op kwaliteit en effectiviteit door zoveel mogelijk gebruik te maken van goed onderbouwde en werkzame interventies en vakinhoudelijke richtlijnen.
Daarbij is het goed om je te realiseren dat er nog veel kennis ontbreekt. We hebben nu van ongeveer 10 procent van de interventies zicht op de werkzaamheid. Dat betekent niet dat de overige 90 procent niet werkt. Er is alleen nog veel meer onderzoek nodig. Jeugdhulpaanbieders gebruiken dus niet alleen erkende interventies, maar ook (nog) niet erkende interventies. Dat zij die interventies gebruiken, maakt het mogelijk om de werkzaamheid te onderzoeken.
Doen wat werkt: interventies
In binnen- en buitenland is veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de effectiviteit van jeugdhulp. We weten dat de inzet van effectieve interventies meer resultaten oplevert dan de gebruikelijke ondersteuning en hulp, zoals 'gesprekken voeren'. De databank Effectieve jeugdinterventies geeft een overzicht van goed onderbouwde en werkzame interventies. Deze interventies kunnen meer benut worden in het jeugdveld. Gemeenten kunnen aan voorzieningen vragen welke interventies uit de databank ze hebben binnen hun aanbod.
Tegelijkertijd is veel aanbod niet opgenomen in de databank. Dat wil niet zeggen dat deze interventies niet werkzaam zijn. Het betekent dat we het niet weten. Het is daarom niet aan te raden om aanbieders te verplichten om alleen met erkende interventies te werken. Stimuleer vooral het gebruik van effectieve interventies, bijvoorbeeld in een kwaliteitsgesprek met voorzieningen. Ook kun je aandacht voor effectiviteit een plek geven bij inkoop. Bijvoorbeeld door het werken met erkende interventies op te nemen in gunningscriteria - hoe meer erkende interventies, hoe beter.
Is een interventie veelbelovend, maar nog niet in de databank opgenomen? Stimuleer organisaties dan om de interventie in te dienen voor beoordeling door de Erkenningscommissie Interventies. Het NJi ondersteunt organisaties bij deze erkenningsprocedure. Wil je weten of een interventie klaar is voor een erkenningstraject? Gebruik dan de Quickscan Interventie met Potentie.
Doen wat werkt: richtlijnen
Naast kennis over de effectiviteit van interventies heeft het jeugdveld richtlijnen ontwikkeld op basis van wetenschappelijke, praktijk- en ervaringskennis. Richtlijnen vormen voor een specifieke beroepsgroep de standaard van goede hulp. De meeste jeugdprofessionals zijn bekend met de richtlijnen, maar ze worden nog lang niet overal toegepast. In een kwaliteitsgesprek kun je met aanbieders bespreken hoe vakinhoudelijke richtlijnen een plek hebben in de organisatie en bij de uitvoering van de hulp.
Een overzicht van richtlijnen voor de verschillende vakgebieden in het jeugdveld vind je in de databank Richtlijnen.
Kwaliteitseisen
Gemeenten zijn er vanuit de jeugdwet verantwoordelijk voor om de kwaliteit van de uitvoering te waarborgen. Zij kunnen bij de inkoop van jeugdhulp kwaliteitseisen stellen aan de aanbieders. Een aantal kwaliteitseisen is zo fundamenteel dat ze in de wet zijn opgenomen. Denk aan het hebben van een kwaliteitssysteem, en het werken met medewerkers die een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) hebben.
Daarnaast kunnen gemeenten aanvullende kwaliteitseisen stellen. Het is belangrijk dat gemeenten zich realiseren dat andere gemeenten mogelijk ook aanvullende kwaliteitseisen stellen en dat jeugdhulpaanbieders zich ook houden aan de kwaliteitskaders en -standaarden die door hun eigen beroepsgroep worden opgesteld. Het vastleggen van extra eisen kan voor een aanbieder snel leiden tot een grote administratieve last.
Meer informatie over kwaliteitseisen en rekening houden met administratieve last vind je op de pagina Kwaliteitseisen bij inkoop jeugdhulp.
Wil je weten hoe je als gemeente bij de inkoop van hulp kan sturen op effectiviteit? Download dan de Handreiking Effectief contracteren.
Samen leren en monitoren
De kwaliteit en effectiviteit van het jeugdveld versterken is een complexe verandering die tijd nodig heeft. Het is daarbij belangrijk om voortdurend te monitoren of de inzet de gewenste uitkomsten oplevert. Onderzoek laat zien dat monitoring van de uitkomsten van hulp helpt om de effecten bij te sturen in de gewenste richting. Vraag verantwoording, maar koppel geen financiële prikkel aan de uitkomsten: dan stopt het leren.
Voorzieningen geven zelf vorm aan monitoring. Zij weten welke uitkomsten relevant zijn en voeren er feedback- en verbetergesprekken over. Een voorbeeld van hoe jeugdhulporganisaties dat kunnen doen is in het Samenwerkingsverband Effectieve Jeugdhulp Nederland (SEJN).
Als gemeente kun je in de gesprekken met aanbieders over de kwaliteit van hulp vragen of zij hun uitkomsten monitoren en wat zij daarvan leren. Het implementeren van monitoring is overigens niet eenvoudig. Stimuleer voorzieningen om dit stap voor stap aan te pakken en vraag wat daarbij goed gaat. Het Nederlands Jeugdinstituut ontwikkelde hiervoor de tool Samen in gesprek over cijfers.
Gesprekken tussen gemeenten en voorzieningen gaan vaak over de hoeveelheid werk die de voorziening heeft verzet. Grijp als gemeente ook je kans om in dit gesprek te vragen wat aanbieders vinden van het jeugdbeleid en de impact daarvan op kinderen, jongeren en opvoeders. Doen we de juiste dingen en doen we die dingen goed? Werken aan een goed aanbod vanuit praktijk en beleid betekent samen lerend doen wat werkt, dus gebruik ook de feedback die je van je samenwerkingspartners krijgt. Meer praktische tips en concrete aanknopingspunten voor het gesprek daarover vind je in de tool Van contractgesprek naar kwaliteitsgesprek.
Video bekijken? Dan vragen we je eerst toestemming te geven voor het plaatsen van marketingcookies door derden. Of bekijk de video via https://www.youtube.com/watch?v=ZFP81bC--eQ&t=3s
Videobeschrijving
Ben jij een contractmanager of accounthouder bij een gemeente of een jeugdzorgaanbieder? Wil je toewerken naar betere resultaten voor kinderen en jongeren? Leg in het gesprek met elkaar dan niet de focus op de hoeveelheid werk die de voorziening heeft verzet. Maar praat over hoe je samen kunt sturen op de kwaliteit en effectiviteit van jeugdzorg. Hoe je dit samen doet? De tool 'Van contractgesprek naar kwaliteitsgesprek' biedt tips om het gesprek over output om te zetten naar een gesprek over kwaliteit en effectiviteit. Deze video legt uit hoe het werkt.
Meer informatie
Het Kwaliteitskompas is een instrument voor gemeenten die, samen met partners, willen sturen op kwaliteit. Het Nederlands Jeugdinstituut kan gemeenten, aan de hand van de zes stappen uit het Kwaliteitskompas, ondersteunen bij hun sturing op kwaliteit. Naar het Kwaliteitskompas
Meer achtergrond over hoe je samen vorm geeft aan effectief werken en hoe je samen leert, lees je in Effectief werken in het veranderende jeugdveld.
Als je een netwerk wilt starten om samen te leren, bijvoorbeeld met de gemeente, aanbieders en onderwijs, kun je daar de checklist van de regionale kenniswerkplaats SAMEN voor gebruiken.
Wil jij ook werken met leidende principes? Meer informatie vind je in de handreiking Leidende principes geven richting aan het sociaal domein.
Pagina's over monitoringDraaiboek Verhalen achter de cijfers van de Academische Werkplaats Inside-OutPagina Praat regelmatig over gegevensPublicatie Opkomen voor een effectievere jeugdhulp
Vragen? Neem contact op met:
Dr. Afke Donker
senior medewerker monitoring en sturingsinformatieLees ook
-
Welke kwaliteitscriteria kun je gebruiken in de inkoop?
Welke kwaliteitscriteria kun je gebruiken in de inkoop?Voor wieBeleidsmakersJe kunt als gemeente kwaliteitscriteria en kwaliteitseisen gebruiken om te sturen op de kwaliteit van jeugdhulp. Hoe pak je dat aan?
-
Hoe weet ik of mijn beleid kosteneffectief is?
Hoe weet ik of mijn beleid kosteneffectief is?Voor wieBeleidsmakersHoe maak je de afweging tussen de effectiviteit en de kosten van bepaald beleid? Op deze pagina lees je hoe je dat doet.
-
Hoe kom ik tot effectief jeugdbeleid?
Hoe kom ik tot effectief jeugdbeleid?Voor wieBeleidsmakersHoe zorg je als beleidsmaker bij een gemeente voor lokaal jeugdbeleid dat daadwerkelijk impact en effect heeft op de leefwereld van kinderen en jongeren?