Werken aan kwaliteit van kinderopvang

Kinderopvang kan een positieve invloed hebben op de ontwikkeling van kinderen. Daarvoor moet die kinderopvang wel van goede kwaliteit zijn. Reden om de pedagogische kwaliteit van de opvang voortdurend te versterken.

Verantwoorde kinderopvang

De Wet Kinderopvang regelt de kwaliteit, de financiering en het toezicht op de kinderopvang. Een houder van een kindercentrum (kinderopvangorganisatie) of gastouderbureau biedt verantwoorde kinderopvang aan. Dit is opvang die bijdraagt aan een goede en gezonde ontwikkeling van het kind in een veilige en gezonde omgeving.

Kwaliteitsmodel Riksen-Walraven

De kwaliteitseisen in de wet Kinderopvang zijn gebaseerd op de pedagogische basisdoelen van professor J.M.A. Riksen-Walraven:

  • Bieden van een veilige basis
  • Stimuleren van persoonlijke competentie
  • Bevorderen van sociale competentie
  • Overdragen van normen en waarden

Naar aanleiding van deze doelen, stelde Riksen-Walraven ook een veelgebruikt kwaliteitsmodel voor de kinderopvang op. Dit model maakt onderscheid tussen proceskwaliteitskenmerken en structurele kwaliteitskenmerken. Beide aspecten dragen bij aan een goede kwaliteit in de kinderopvang.

Proceskwaliteit

Bij proceskwaliteit gaat het om de leer- en ontwikkelervaringen die kinderen opdoen in de opvang, oftewel dat wat een kind ervaart in de groep en met zichzelf. Het is het fundament van welbevinden en betrokkenheid en van een positieve ontwikkeling van kinderen. De pedagogisch medewerker heeft hierin een sleutelrol. De kwaliteit van de interactie tussen pedagogisch medewerker en kind is de belangrijkste factor voor proceskwaliteit.

Structurele kwaliteit

Structurele kwaliteitskenmerken zijn randvoorwaarden in beleid en organisatie. Zij oefenen invloed uit op de dagelijkse verzorging en opvoeding van kinderen. Het gaat om zaken als een pedagogisch beleidsplan, een doelgericht programma en de groepsgrootte- en samenstelling. Maar ook om het aantal vierkante meters van de binnen- en buitenruimte, veiligheid, hygiëne, bijscholing en personeelsbeleid en de keuze van (spel)materialen.

Deskundigheid

Om als kinderopvang een stevige rol in te nemen in de basis zijn verschillende vormen van deskundigheid nodig:

  • Pedagogische deskundigheid (voor alle pedagogische beroepen)
  • Specifieke deskundigheid (beroepsspecifiek): deskundigheden waarmee beroepskrachten in verschillende pedagogische werkvelden zich van elkaar onderscheiden.
  • Samenwerkingsdeskundigheid (interprofessioneel): de deskundigheid om vanuit generieke én verschillende pedagogische specialismen productief samen te werken. In samenwerkingsverbanden als de brede school, maar ook voor allerlei werk in teamverband.
  • Samenwerking met ouders en vrijwilligers is een belangrijk onderdeel bij alle bovengenoemde typen deskundigheid.

Toezicht en handhaving kwaliteitseisen

Gemeenten zijn verantwoordelijk voor handhaving van de kwaliteitseisen op de kinderopvang. De GGD-kinderopvanginspectie houdt in opdracht van de gemeenten toezicht op de locaties. De volgende zaken worden in de huidige situatie onder meer gecontroleerd:

  • Groepsgrootte en het aantal kinderen per pedagogisch medewerker
  • Opleiding pedagogisch medewerkers
  • Veiligheid en gezondheid van de kinderen
  • Huisvesting en inrichting
  • Pedagogisch beleid
  • Pedagogische praktijk
  • Ouderbetrokkenheid en –participatie
  • Omgangstaal 
  • Klachtenregeling

Bij kinderdagverblijven en scholen die voor- en vroegschoolse educatie (vve) uitvoeren, inspecteert de Inspectie van Onderwijs de kwaliteit van vve. Hierover lees je meer bij Werken aan de kwaliteit van vve.

Akkoord Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang

Branchepartijen hebben in 2016 een akkoord gesloten om de kinderopvang een stevige impuls te geven, zowel op het gebied van toegankelijkheid als op gebied van kwaliteit. Uit dat akkoord is de Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang voortgekomen die in 1-1-2018 in werking trad.

De basis voor het akkoord zijn de volgende uitgangspunten:

  • De belangen van het kind staan centraal; het waarborgen van een pedagogische praktijk waar kinderen zich in een veilige en vertrouwde omgeving kunnen ontwikkelen. Bij het ontwerp van maatregelen staat het kind centraal. Partijen zetten zich in voor een kwaliteitsverhoging en voor heldere doelen en duidelijke eisen die beter uitlegbaar zijn en meer gericht zijn op het realiseren van pedagogische kwaliteit in de praktijk.
  • Kinderopvang is veilig en gezond. De omgeving waarin kinderen zich ontwikkelen is veilig en gezond. We beschermen kinderen tegen grote risico's en leren ze omgaan met kleine risico's.
  • We bieden stabiliteit en pedagogisch maatwerk. Een stabiele en daarmee veilige omgeving is een voorwaarde voor ontwikkeling. Door maatwerk kunnen ondernemer, medewerker en oudercommissie innoveren en de pedagogische kwaliteit en de wensen en behoeften van kinderen en hun ouders centraal stellen.
  • Werken in de kinderopvang is een vak. We stellen hogere eisen aan de professionaliteit van medewerkers, omdat zij en de kinderen dat verdienen. We hebben doorlopend aandacht voor de ontwikkeling van de vaardigheden van beroepskrachten.

Meer informatie:

Gezonde Kinderopvang

Een gezonde leefstijl is belangrijk voor opgroeiende kinderen. Want door van jongs af aan gezond te leven en bewust met gezondheid om te gaan, nemen kinderen dit mee naar hun volwassen leven. Gezonde Kinderopvang is een samenwerkingsverband van landelijke kennisinstituten, organisaties en branchepartners en werkt planmatig en integraal aan de gezondheid en leefstijl van jonge kinderen. Meer informatie: Gezonde Kinderopvang

Kwaliteit landelijk onderzocht

Landelijke Kwaliteitsmonitor Kinderopvang

Uit de eerste meting van de Landelijke Kwaliteitsmonitor Kinderopvang (2017) komt een overwegend positief beeld naar voren van de kwaliteit van de kinderopvang in Nederland. De gemiddelde emotionele proceskwaliteit is in alle kinderopvangtypen als voldoende tot goed beoordeeld. De gastouderopvang geeft een iets ander beeld. Hoewel de emotionele kwaliteit gemiddeld vergelijkbaar is met die van de andere opvangsoorten, is de variatie groter met opvallende uitschieters naar beneden.

De gemiddelde educatieve kwaliteit is duidelijk lager. De educatieve proceskwaliteit is in de kinderopvang het hoogst. Hoewel de educatieve proceskwaliteit gemiddeld in alle opvangtypen net op de grens is van wat volgens de standaards van het meetinstrumentarium als voldoende kan gelden, is er sprake van grotere variatie dan bij de emotionele proceskwaliteit. Voor de gastouders is het beeld opnieuw anders. De uitschieters zijn in deze opvangsoort vaker, en ook extremer, naar beneden.
Ook in vergelijking met Duitsland, Vlaanderen en Denemarken scoort Nederland goed.

De kwaliteitsmetingen worden jaarlijks gedaan door een consortium van de Universiteit Utrecht en Sardes B.V. Voor meer informatie: www.monitorlkk.nl
 

PiB, Pedagogische praktijk in Beeld

Monitor voor de kinderopvang die is ontwikkeld door het NJi in samenwerking met de Rotterdamse kinderopvangorganisatie KindeRdam, in samenwerking met expertbureaus Hansei en Konsili. Zij ontwikkelden een monitor die de pedagogische kwaliteit in beeld brengt. Pedagogisch coaches krijgen zo zicht op wat werkt in de praktijk en wat beter kan.

Inmiddels is de monitor overgedragen aan het Expertisecentrum Kinderopvang. Hiermee krijgt de branche kinderopvang zelf grip op de pedagogische kwaliteitsbeoordeling.

Meer informatie over PiB en over deelname is te vinden op Pedagogischepraktijkinbeeld.nl.

Kinderopvang en voor- en vroegschoolse educatie

Het pre-COOL onderzoek kijkt naar de kwaliteit van de kinderopvang en voor- en vroegschoolse educatie (VVE). De uitkomsten bevestigen die van het NCKO: de emotionele kwaliteit is goed, de educatieve kwaliteit kan beter. Meer informatie tref je aan op de website van pre-Cool.

  • Fukkink, R. (red.), Groeneveld, M., Henrichs, L., Jilink, L., Leseman, P., Slot, P., en Vermeer, H. (2017). De Nederlandse kinderopvang in wetenschappelijk perspectief. Amsterdam: SWP.
  • Groeneveld, M.G. (2010), 'Quality in home-based childcare: impact and improvement' (proefschrift). Leiden: Universiteit van Leiden.
  • Riksen-Walraven, M. (2000). Tijd voor kwaliteit in de kinderopvang (oratie), Amsterdam, Vossiuspers AUP.
  • Landelijke Kwaliteitsmonitor Kinderopvang, LKK monitor
  • Verweij, S. (2019) Kindvolgend werken met baby's: goed kijken en passend aansluiten, Kiddo 2, 10-12. 
Els Geeris

Els Geeris

senior adviseur