Cijfers over eetstoornissen

Laatste actualisatie
Voor wie
Professionals
Beleidsmakers

Aantal jongeren met eetstoornissen

Recente cijfers van het aantal kinderen en jongeren met een eetstoornis ontbreken. Onderzoek uit 1997 laat zien dat ongeveer 0,3 procent van de 13- tot 18-jarigen lijdt aan anorexia nervosa (Verhulst e.a 1997). Een zelfde percentage lijdt volgens dit onderzoek aan boulimia nervosa.

In 2010 verschenen de resultaten van het tweede NEMESIS-onderzoek naar de psychische gezondheid van volwassenen. Bij de jongste groep die meedeed aan het onderzoek, 18 tot en met 24 jaar, heeft 1,4 procent ooit in het leven te maken gehad met een eetstoornis. In het jaar voorafgaand aan het onderzoek betrof het 0,8 procent. Anorexia nervosa kwam bij 0,4 procent ooit voor en boulimia nervosa bij 1,1 procent. Deze tweede studies maakte beide gebruik van interviews onder een steekproef van respondenten.

Op basis van huisartsenregistratie (CMR-peilstations) en internationaal onderzoek wordt geschat dat ongeveer 0,3 procent van alle jonge vrouwen in Nederland van 15 tot en met 29 jaar anorexia nervosa heeft. Het geschatte percentage boulimia patiënten ligt op 1 procent. Jaarlijks hebben naar schatting van de 100.000  jonge vrouwen 370 anorexia nervosa en 1500 boulimia nervosa (Hoek & Vandereycken, 2008).

Definitie

Eetstoornissen zijn psychische stoornissen die worden gekenmerkt door verstoord eetgedrag en/of inadequaat compensatiegedrag (braken, laxeren). Kinderen en jongeren met een eetstoornis hebben een verstoord lichaamsbeeld. Ze zijn erg bezig met hun gewicht of lichaamsvorm en zijn erg bang om aan te komen. De meest voorkomende eetstoornissen zijn de volgende drie.

Anorexia nervosa

Anorexia nervosa wordt gekenmerkt door gewichtsverlies of ondergewicht en een afwijkend eetpatroon dat of gedomineerd wordt door vasten in combinatie met hyperactiviteit, of gekenmerkt wordt door vasten, afgewisseld met eetbuien, braken en laxeren. Het gaat gepaard met een sterke angst om dik te worden en is een stoornis in de manier waarop iemand het gewicht of de lichaamsvorm ervaart. De piek van het ontstaan van de klachten ligt tussen de 14 en 18 jaar.

Er zijn twee subtypes van anorexia te onderscheiden: het restrictieve type en het eetbui/purgerende type. Het eerste type kenmerkt zich door het beperken van voedsel- en drankinname. Het tweede type kenmerkt zich door eetbuien die naderhand 'ongedaan' worden gemaakt door te purgeren. Een specifiek kenmerk van beide typen anorexia nervosa is het beperken van de energie-inname ten opzichte van de energiebehoefte, waardoor er een significant te laag lichaamsgewicht ontstaat.

Boulimia nervosa

Boulimia nervosa wordt gekenmerkt door terugkerende episodes van objectieve eetbuien (binnen een bepaalde tijd een abnormaal grote hoeveelheid voedsel eten en een gevoel van controleverlies ervaren) en terugkerend inadequaat compensatiegedrag om gewichtstoename te voorkomen. Denk hierbij aan braken, laxeren, gebruik van diuretica, klysma's, vasten en excessief sporten. Het gewicht valt meestal binnen de normale grenzen, maar de zelfbeoordeling van de jongere wordt wel door het ongecontroleerde eetgedrag gedomineerd.

Eetbuistoornis

Een eetbuistoornis, of 'binge-eating disorder', is een eetstoornis waarbij er steeds terugkerende perioden zijn waarin het kind of de jongere eetbuien heeft. Deze buien worden niet gecompenseerd. Over het algemeen ontstaat er hierdoor overgewicht.

Het kind of de adolescent eet binnen een beperkte tijd een hoeveelheid voedsel die beslist groter is dan wat de meeste mensen in eenzelfde periode en onder dezelfde omstandigheden zouden eten. Daarnaast ervaart het kind of de adolescent het gevoel de controle over het eten kwijt te zijn geraakt, bijvoorbeeld het gevoel dat iemand niet kan stoppen met eten of niet kan controleren wat of hoe vaak men eet.

Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie: anorexia nervosa en boulimia.

  • American Psychiatric Association (2013). Diagnostic and statistical manual of mental disorders. Fifth edition (DSM-5). Arlington: American Psychiatric Association.
  • Hoek, H.W. & Vandereycken, W. (2008). Een kwarteeuw onderzoek en behandeling van eetstoornissen. In: Tijdschrift voor Psychiatrie 50 (2008).
  • Son, E. van, Hoeken, D. van, Bartelds, A. e.a. (2006). Time trends in the incidence of eating disorders: A primary case study in the Netherlands. In: International Journal of Eating Disorders 39:7 , 565-569.
  • Verhulst, F.C., Ende, J. van der, Ferdinand, R.F., Kasius, M.C. (1997). 'De prevalentie van psychiatrische stoornissen bij Nederlandse adolescenten'.
  • Kenniscentrum  Kinder- en Jeugdpsychiatrie (2023). Eetstoornissen.

Meer informatie over gebruikte onderzoeken:

Deniz Ince

Drs. Deniz Ince

medewerker inhoud